Hoe verder, na de derde dinsdag van september?

De troonrede en miljoennota bevatte natuurlijk meer plannen dan alleen een ‘plafond’ voor de energiekosten. Koning Willem-Alexander stipte namens het Kabinet bijvoorbeeld ook de krapte op de woningmarkt aan. Waar kunnen woningeigenaren en -zoekers op rekenen en wat wijzigt er op belastinggebied?

De miljoennota bevatte dit jaar een last minute bijlage omtrent het prijsplafond voor gas en elektriciteit. Veel van wat belastingminister Sigrid Kaag uit haar koffertje haalde, is tijdens de algemene beschouwingen nog stevig bediscussieerd en wordt mogelijk nog bijgesteld. Hieronder duiden we de plannen langs drie thema’s: de woningmarkt, belastingen rond de woning, en inkomen en belastingen algemeen. Maar allereerst een puntsgewijze samenvatting.

  • Soepeler regels voor woningbouw en verbouwen eigen woning
  • Voorrang voor inwoners en ‘cruciale beroepen’ bij toewijzing koop- én huurwoningen
  • Actuele studieschuld bepalend bij hypotheekaanvraag, i.p.v. de oorspronkelijke
  • Belastingvrij schenken ‘jubelton’ in 2023 niet meer mogelijk (wordt € 29.000)
  • Vrijstelling overdrachtsbelasting stijgt naar € 440.000 (was vier ton)
  • Beleggers betalen weer meer bij overdracht (10,4%) én over huuropbrengsten
  • Belastingtarief 1e schijf met 0,11% verlaagd, grens voor 2e schijf naar € 73.000 verhoogd
  • Aftrek hypotheekrente en andere posten voor iedereen nog maximaal 36,93%
  • De WOZ-waarden stijgen fors, maar percentage bijtelling eigenwoningforfait daalt
  • Gemiddeld huishouden bespaart jaarlijks € 2.230 dankzij ‘prijsplafond’
  • Minimum loon stijgt 10%, idem voor gekoppelde uitkeringen, zoals AOW
  • Extra toeslagen voor lagere en middeninkomens
  • Vermogensbelasting stijgt van 31 naar 33%, maar wel grotere vrijstelling (€ 57.000 p.p.)

De woningmarkt

Bouwen, bouwen, verbouwen
Vergemakkelijken, verdelen en geld erbij. Met deze kernpunten wil het Kabinet het tekort op de woningmarkt terugdringen. Door eenvoudiger regelgeving binnen de Omgevingswet kunnen bouwprojecten in de toekomst vlotter starten, ná overleg met omwonenden. Ook verbouwen krijgt minder hindernissen: vaker zonder vergunning, en met een digitaal loket om dat zelf te kunnen checken of regelen.

Ook het uitbesteden van controletaken tijdens de bouw aan privé-onderneming moet voor een versnelling zorgen. En er komt 10 jaar lang € 100 miljoen beschikbaar voor nieuwe woningbouwplannen. Het streven blijft jaarlijks 100.000 extra woningen te realiseren. Sommige plannen moeten nog wel door de Eerste Kamer worden goedgekeurd.

Voorrang bij toewijzing woning
Zowel bij nieuwbouw als bestaande bouw mogen gemeenten vanaf volgend jaar de helft van alle koop- en huurwoningen toewijzen aan wie al binnen hun grenzen woont. Verder kan men voorrang verlenen aan politieagenten, verpleegkundigen, leraren en andere mensen met een ‘cruciaal’ beroep. Als het aan het kabinet ligt, want deze wijzigingen in de Huisvestingswet wachten nog op goedkeuring. Bij koopwoningen betreft het alleen vastgoed met een waarde tot de prijsgrens van de Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Dit ligt dit jaar op € 355.000.

Voortaan actuele studieschuld bepalend
Mogelijk komt er een wat extra compensatie voor wie geen basisbeurs kreeg maar moest lenen. Verder krijgt deze groep (voormalig) studenten wat meer lucht bij het afsluiten van een hypotheek. In plaats van naar de oorspronkelijke studieschuld te kijken, wil het Kabinet dat rekening wordt gehouden met wat daar nog van open staat. Het Nibud is gevraagd dit mee te nemen in de leennormen voor volgend jaar. Het blijft een schrale troost, want bij de introductie van het leenstelsel was studenten toegezegd dat deze schuld geheel niet zou meetellen.

Lagere vrijstelling maakt einde aan jubelton
Nog tot eind 2022 kunnen mensen tussen de 18 en 40 jaar belastingvrij een schenking tot ruim een ton ontvangen, van ouders, grootouders of derden. Voorwaarde is wel men daarmee voor eind 2024 een woning aankoopt, verbouwt of ermee aflost op zijn hypotheek. De betaling mag men over twee jaar spreiden. Vanaf 1 januari komend jaar is deze vrijstelling nog maximaal € 28.947 — te besteden voor eind 2025. Het jaar erna vervalt hij geheel, volgens de afspraken in het Coalitieakkoord.

We hebben plannen, er wordt veel geld geïnvesteerd. Korte en lange termijn.

Sigrid Kaag, minister van Financiën (in het Radio1 Journaal)

Ruimere vrijstelling overdrachtsbelasting starters
Wie tot zijn 35e zijn eerste woning koopt — of nog niet eerder gebruik maakte van de regeling — wordt vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Normaal gesproken is die voor hoofdbewoners 2% van de woningwaarde. De vrijstelling geldt in 2022 alleen voor woningen tot € 400.000. Komend jaar komt daar 10% bij en betaal je geen overdrachtsbelasting als de aanschafwaarde minder dan € 440.000 bedraagt.

Verhoging overdrachtsbelasting beleggers
Wie een woning koopt voor de verhuur betaalt volgend jaar een nóg hogere overdrachtsbelasting. Deze gaat van 8 naar 10,4%. Gemeenten krijgen bovendien meer ruimte om beleggers (in bepaalde wijken) te weren; eigen bewoning is dan verplicht.

Ook voor later verkrijgen garage of tuin
Het verhoogde tarief van 10,4% wordt ook van toepassing op de latere overdracht van zaken die bij een woning horen, zoals een garagebox, schuur of (deel van een) tuin. Uitstel van aankoop leidt dus tot flink meer belasting betalen, want als de transactie tezamen met de woning plaatsvindt geldt het normale tarief van 2, of 0%.

Verhuur wordt extra belast
Niet alleen de overdrachtsbelasting bij aanschaf van een woning voor de verhuur is hoger, beleggers gaan (soms) ook over de huuropbrengst meer belasting betalen. Verhuur je nu een woning permanent, dan mag je deze nu nog voor minder dan de WOZ-waarde in box 3 opvoeren. Deze optie tot ‘afwaardering’ zou eerder geheel worden afgeschaft, maar wordt nu ‘alleen’ beperkt. Beleggingsvastgoed wordt dan volgend jaar als een hogere vermogenspost in box 3 aangeslagen.

Belastingen rond de woning

Belastingaftrek, huurtoeslag, lasten die samenhangen met de WOZ-waarde en mogelijke korting op je huidige hypotheekrente. Lees er meer over binnen dit thema.

Iedereen dezelfde rente-aftrek
Per 1 januari daalt de aftrek van de hypotheekrente voor huishoudens met een jaarinkomen boven € 73.031 van 40% naar 36,93%. Dit betreft het tarief van de eerste belastingschijf en dat gaat dus voor iedereen gelden als aftrekpercentage voor (hypotheek)rente, maar bijvoorbeeld ook voor betaalde alimentatie, giften, scholingsuitgaven en restschulden. De lagere aftrek geldt vanaf 2023 ook voor de kosten voor het verkrijgen van een lening of hypotheek (advies, notaris, taxatie).

Nog tot 2023 tegen 40% kosten aftrekken
Verdien je meer dan € 73.000 en wil je nog wat wijzigen aan je hypotheek of geld lenen voor het verbouwen of verduurzamen van je woning, of de aanschaf ervan, dan heb je tot 2023 nog 3% extra aftrek van deze kosten.

Verlaging eigenwoningforfait
De bijtelling voor de eigen woning, het eigenwoningforfait, gaat in 2023 met 0,1% naar beneden, van 0,45 naar 0,35%, voor woningen met een WOZ-waarde tot 1,2 miljoen. Dat scheelt toch zo’n 22%. Goede kans dat de stijging van de waarde per 1 januari 2022 versus een jaar eerder hiermee wordt gecompenseerd. Prijkte op de WOZ-beschikking van je gemeente per begin dit jaar een bedrag boven de 1,2 miljoen dan blijft de forfaitaire bijtelling in 2023 gelijk aan die van dit jaar: 2,35%.

WOZ-waarde volgend jaar weer fors hoger

Komende februari stelt je gemeente opnieuw de WOZ-waarde vast. Gemiddeld kan deze stijgen met zo’n 15%. Goed dus deze te controleren en eventueel bezwaar aan te tekenen. Want behalve het eigenwoningforfait baseert de Belastingdienst er eventuele schenk-, en -erfbelasting op. En ook andere instanties baseren er hun aanslagen op, zoals de onroerendezaakbelasting (ozb), rioolbelasting en afvalstoffenheffing.

Gunstig bijeffect van een hogere WOZ-beschikking kan zijn dat je hiermee in aanmerking komt voor korting op je hypotheekrente, als je geen NHG hebt. Is de bijtelling door je eigenwoningforfait groter dan je aftrekposten rond de woning — omdat je je hypotheek al geheel of grotendeels hebt afgelost? Dan is er recht op compensatie. Volgens de Wet Hillen mag je het verschil alsnog aftrekken, alleen niet meer helemaal. Sinds 2019 wordt deze regeling in 30 jaar afgebouwd. Komend jaar mag je nog 83,4% van het verschil als extra aftrekpost opvoeren.

Inkomen en belastingen algemeen

Dit jaar noteerden we al de hoogste inflatie ooit (op maandbasis). Energie, brandstof en boodschappen worden flink duurder. Voor komend jaar trekt het kabinet 17,2 miljard euro extra uit om de koopkracht te verbeteren. Daar komen de recente plannen voor het prijsplafond voor de gas en elektriciteit nog bij. Dat kan een gemiddeld huishouden op jaarbasis zo’n € 2.280 schelen, maar die schatting is ‘omgeven met onzekerheden’. De Rijksoverheid publiceerde deze informatie over het prijsplafond.

Het Centraal Planbureau (CPB) schat voorzichtig in dat burgers komend jaar een kleine 4% meer bestedingsruimte krijgen. Toch zal dat de achteruitgang in 2022 niet geheel goed maken. Welke aspecten spelen mee?

Kosten van energie
Met de introductie van het prijsplafond gaat er een streep door de voorgenomen verlaging van de energiebelasting. De aangekondigde energietoeslag van € 1.300 voor kwetsbare huishoudens blijft wel. Ook tanken blijft gesubsidieerd: de verlaagde brandstofaccijns sinds april blijft zeker tot juni 2023 van kracht. Dat scheelt 17 eurocent op een liter benzine en 11 eurocent op een liter diesel.

Inkomstenbelasting
Het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting daalt met 0,11% en komt in 2023 op 35,93%. Dat iets lagere percentage geldt komend jaar bovendien tot een hogere grenswaarde: de eerste schijf stijgt van € 69.399 naar € 73.071. Boven dit (gezamenlijk) inkomen wordt er 49,50% belasting geheven. Ben je AOW-gerechtigd dan betaal je over het eerste deel van je inkomen overigens maar een tarief van 19,03%. Voor mensen geboren na 1945 ligt de grens op € 37.149; voor wie eerder ter wereld kwam is dat € 38.703.

Extraatjes voor diverse doelgroepen
Vooral de kwetsbaren in de samenleving mogen op ondersteuning rekenen.

  • Het minimumloon gaat met 10 procent omhoog, evenals de daaraan gekoppelde uitkeringen, waaronder de AOW stijgen.
  • Ook de huurtoeslag gaat blijvend omhoog, met € 16,94 per maand. 
  • De zorgtoeslag wordt eenmalig verhoogd met 412 euro. Wel gaat de premie naar verwachting met ongeveer een tientje omhoog. Het eigen risico blijft met € 385 gelijk aan dat van dit jaar. 
  • Ouders met kinderen kunnen rekenen op een hoger kindgebonden budget; het bedrag voor het derde kind stijgt en wordt gelijk aan het bedrag voor het tweede kind. Verder kunnen alleenstaande ouders ook nog op een extraatje rekenen, maar daar zijn nog geen exacte bedragen van bekend.
  • Uitwonende studenten mogen een extra bedrag van € 165 euro per maand tegemoet zien. 
  • Werkenden betalen vanaf 2023 wat minder belasting omdat de arbeidskorting de komende jaren wat wordt verhoogd.

Vermogenden gaan meer betalen
De begroting voor volgend jaar houdt onder andere rekening met meer belastinginkomsten vanuit het bedrijfsleven. Maar ook wie particulier vermogend is, gaat meer betalen. De belasting over het vermogensrendement gaat met 1% omhoog naar 32% in 2023. Om kleine spaarders te ontzien, geldt er volgend jaar wel een hogere vrijstelling dan nu. Je betaalt dan pas vermogensbelasting vanaf € 57.000 (nu: € 50.650) of € 114.000 bij fiscaal partners (nu: € 101.300).

De belastingdienst kijkt bij de aanslag over ‘het voordeel uit sparen en beleggen’ tegenwoordig naar de werkelijke verdeling tussen spaargeld, beleggingen (en schulden). Sinds de Hoge Raad de berekeningsmethode afkeurde, wordt het spaardeel minimaal vanaf 2021 tot 2026 belast tegen de werkelijke renteopbrengsten — en niet meer tegen een fictief rendement.

Bron: de Nationale Hypotheekbond

Hoewel aan de samenstelling van dit nieuwsbericht uiterste zorg is besteed, sluiten de samenstellers iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van deze informatie